logofoto_500 (1).jpg
Blog
Eric Tiggeler
8179

Zand in de ogen

‘Van vrijdag 13 april tot en met donderdag 24 mei 2018 kunt u een zienswijze geven over drie ontwerp-ontgrondingenwetvergunningen voor de winning van zand in de Noordzee: één ten behoeve van Rijkswaterstaat en twee ten behoeve van DEME Building Materials en Havenbedrijf Rotterdam, die zich samen met andere commerciële zandwinners op de Noordzee voor het doorlopen van de m.e.r.procedure hebben verenigd in de Stichting LaMER. Voorts kunt u een zienswijze geven  over de vergunningaanvragen, en over de bij de vergunningaanvragen behorende milieueffectrapportages, van Rijkswaterstaat en de Stichting LaMER. In deze kennisgeving leest u hoe u dat kunt doen.’

Mijn warme en welgemeende complimenten voor je leesvaardigheid als je na het citaat hierboven niet bent afgehaakt: de eerste zin telde 65 woorden, de tweede 33. Bijzondere zinnen, vooral omdat ze de opening vormen van een paginagrote advertentie in de landelijke dagbladen. Voorlichting voor heel Nederland, uit naam van het ‘Platform Participatie’, onder het label van de Rijksoverheid, vriendelijk gelay-out met fullcolourfoto’s, kaders, verlooptinten en afgeronde hoekjes. Kosten noch moeite zijn gespaard. Maar één detail ontbreekt: een begrijpelijke boodschap.

Kennisgeving-interactief_tcm318-398278-page-001.jpg

B1-vergrijp

Als je de openingszinnen wat beter bekijkt, zou je bijna gaan vermoeden dat het doel is de lezer te laten afhaken. Een mededeling verpakken in 65 woorden levert op zichzelf al voldoende strafpunten op om onvoorwaardelijke hechtenis te eisen voor de B1-rechtbank, maar het eigenlijke vergrijp is nog ernstiger: wat ís nu eigenlijk die mededeling? Die blijkt te zijn: jij als lezer kunt iets geven waarvan je niet weet wat het is (een ‘zienswijze’) over iets waarvan je niet weet wat het is (‘ontwerp-ontgrondingenwetvergunningen’). Terwijl de schrijver alle uitleg daarbij weglaat, overlaadt hij de lezers tegelijkertijd met informatie die ze juist niet nodig hebben. Bijvoorbeeld dat er organisaties bestaan als ‘DEME Building Materials’ die ‘zich samen met andere commerciële zandwinners op de Noordzee voor het doorlopen van de m.e.r.procedure hebben verenigd in de Stichting LaMER’.

Verstopte informatie

Pas als je nóg beter kijkt, merk je dat er meer staat dan bij eerste lezing opvalt. Wat echt van belang is, staat op een grammaticaal ondergeschikte plaats: in zelfstandige naamwoorden, die op hun beurt nog dieper weggeborgen zijn in bijwoordelijke en bijvoeglijke bepalingen. ‘Voor de winning van zand in de Noordzee’: mensen gaan zand winnen in de Noordzee. ‘Samen met commerciële zandwinners op de Noordzee’: ze winnen zand met een commercieel doel. ‘Voor het doorlopen van de m.e.r.procedure’: ze moeten een MER-procedure doorlopen. Wat dan weer een indirecte manier is om te zeggen: het project heeft mogelijk nadelige gevolgen voor het milieu. De lezer moet hard werken om te achterhalen dat hij zijn mening mag geven over een plan dat mogelijk het milieu schaadt, hoe hij dat doet en wat er met die mening gebeurt.

Reacties niet welkom

Stel, je hebt plannen voor een project dat ingrijpt op de natuur en bent wettelijk verplicht om heel Nederland te informeren. Maar je hebt niet veel zin in wagonladingen verontruste reacties. Is het dan mogelijk om te voldoen aan je plicht en toch te voorkomen dat  mensen zich uitgenodigd voelen om te reageren? Ja, dat is uitstekend mogelijk, bewijst het Platform Participatie. Het weet de boodschap vakkundig te verbergen achter ondoorgrondelijke taal. De zandwinning ‘ten behoeve van zandsuppleties in het kader van kustlijnzorg’ is nog in het planstadium, maar de zandwinning ten behoeve van het strooien in de ogen van de lezer heeft blijkbaar al succesvol plaatsgevonden.

Dit stuk is geschreven voor Tekstblad (2018). Neem een abonnement!

Zoek